Metropolis M

Voor Metropolis M sprak ik met drie afstudeerders van de HKU over hun werk: Ingmar Kőnig, Kim van Erven en Uljana Orlova. De teksten zijn gepubliceerd in een speciale bijlage van het zomernummer.

Student: Ingmar Kőnig (1988)
Richting: BA Fine Arts

Sofar
Ingmar Kőnig maakt naar eigen zeggen ‘ready mades die meer made dan ready zijn’. Gevonden voorwerpen haalt hij uit elkaar, bewerkt hij en componeert hij samen met andere objecten en bewerkt hij vervolgens weer opnieuw. Hierdoor ontstaan abstracte sculpturen en installaties die eerder vage associaties oproepen dan duidelijke verwijzingen zijn naar een wereld erbuiten. Een goed voorbeeld van deze werkwijze is de installatie die het letterlijke middelpunt van sofar vormt. König maakte een maanachtige sculptuur van gips en vond later een witte vlaggenmast die sporen verf bevatte in precies dezelfde tint blauw. Naast elkaar suggereren de objecten een interne logica: een ongelukkig geplaatste mast, net naast de maan. Aan de muur hangt een onderdeel van een ouderwetse bureaulamp, dat hij ook in groot formaat van hout reproduceerde voor een expositie in de openbare ruimte. Op een andere muur bracht hij een schildering aan van cement en potgrond, dat door de dikte van het materiaal veel aan een wandkleed doet denken. Stuk voor stuk laten de werken op sofar een experiment met het materiaal zien. Toch gaat het Kőnig vooral om multi-interpretabele interactie tussen de werken.

Student: Kim van Erven (1984)
Richting: BA Fine Arts

Things Are Coming Along
Kim van Erven is gefascineerd door decorstukken, etalages en goedkoop geproduceerde woonaccessoires die met de taak zijn opgezadeld om het leven mooier en gezelliger te maken. Het sullige optimisme waarmee ze zich doorgaans van hun taak kwijten, maakt Van Erven ook onderdeel van haar objecten, minimalistische sculpturen van MDF die als een groep onhandige personages bij elkaar staat. Van een folderzuil waarop geen papier zal blijven liggen tot objecten met deurknoppen en haakjes op de vreemdste plekken. Topstuk is het massieve grijze blok van zo’n twee meter hoog, dat volgens Van Erven net zo’n mystieke uitstraling moest hebben als de ongrijpbare ‘monolith’ uit Stanley Kubricks ‘2001, A Space Odyssey’. Tegelijkertijd ontneemt een instrumentale versie van het popliedje ‘I Just Called to Say I Love You’, dat vanuit het grijze blok klinkt, alle pretenties. Tussen de sculpturen liggen ‘productiefoutjes’ van eurowinkels zoals een zwarte vaas met het woord ‘summer’, een nepvogelnestje en blauwe kiezelsteentjes. Alles is vast met de beste intenties ontworpen, maar nooit bedoeld om, zoals in de presentatie van Van Erven, in het middelpunt van de belangstelling te staan.

Student: Uljana Orlova (1985)
Richting: BA Documentaire fotografie

1993 – 2013
‘1993 – 2013’ is een serie van publicaties die samen het immigratieverhaal van de Litouwse Orlova vertellen. Als vluchteling kwam zij in 1993 samen met haar moeder in Nederland aan, in Egmond aan Zee doorliepen zij de asielprocedure. De vijf boekjes verschillen van toon: van haast idyllische jeugdfoto’s in het asielzoekerscentrum in de duinen, die je de context laten vergeten, tot een duimendik dossier waarin de correspondentie met en de formulieren van de IND is gebundeld. In 2011 en 2012 bezocht Orlova haar geboortestad Vilnius, waar zij achtergebleven familieleden fotografeerde. Na deze twee dromerige fotoseries volgt een boekje waarin de geschiedenis van Litouwen en Orlova als droge historische feiten wordt opgesomd. ‘1993 – 2013’ is met veel gevoel voor detail samengesteld, van het papier, de lettertypes, de kaften tot aan de techniek van het inbinden. Tijdens de open dagen toont Orlova de serie in een afgesloten ruimte waar een camera de bezoekers in de gaten houdt, verwijzend naar het gebrek aan privacy in het asielzoekerscentrum.